Naar hoofdinhoud gaan
Change page

Web2 vs Web3

Laatst bewerkt: @nhsz(opens in a new tab), 15 augustus 2023

Web2 verwijst naar de versie van het internet die de meesten van ons vandaag kennen. Een internet dat gedomineerd wordt door bedrijven die diensten leveren in ruil voor uw persoonlijke gegevens. Web3 verwijst in de context van Ethereum naar gedecentraliseerde apps die op de blockchain werken. Dit zijn apps waaraan iedereen kan deelnemen zonder dat er geld wordt verdiend met hun persoonlijke gegevens.

Op zoek naar een meer beginnersvriendelijke bron? Bekijk onze inleiding tot web3.

Voordelen van Web3

Veel Web3-ontwikkelaars hebben ervoor gekozen om dapps te bouwen vanwege de inherente decentralisatie van Ethereum:

  • Iedereen op het netwerk heeft toestemming om de service te gebruiken. Met andere woorden, toestemming is niet nodig.
  • Niemand kan u blokkeren of u de toegang tot de service ontzeggen.
  • Betalingen zijn ingebouwd via het eigen token, ether (ETH).
  • Ethereum is turing-compleet, wat betekent dat u vrijwel alles kunt programmeren.

Praktische vergelijkingen

Web2Web3
X (Twitter) kan elk account of elke tweet censurerenWeb3-tweets kunnen niet worden gecensureerd omdat de controle gedecentraliseerd is
De betalingsservice kan beslissen om geen betalingen toe te staan voor bepaalde soorten werkWeb3-betaalapps hebben geen persoonlijke gegevens nodig en kunnen betalingen niet voorkomen
Servers voor gig-economy apps kunnen uitvallen en het inkomen van werknemers beïnvloedenWeb3-servers kunnen niet uitvallen. Ze gebruiken Ethereum, dat een gedecentraliseerd netwerk van duizenden computers is, als backend

Dit betekent niet dat alle services moeten worden omgezet in een dapp. Deze voorbeelden illustreren de belangrijkste verschillen tussen web2- en web3-services.

Web3-beperkingen

Web3 heeft op dit moment enkele beperkingen:

  • Schaalbaarheid: transacties zijn langzamer op web3 omdat ze gedecentraliseerd zijn. Veranderingen in de status, zoals een betaling, moeten door een node verwerkt worden en door het netwerk verspreid worden.
  • UX: interactie met web3-toepassingen kan extra stappen, software en opleiding vereisen. Dit kan een belemmering zijn voor de toepassing.
  • Toegankelijkheid: het gebrek aan integratie in moderne webbrowsers maakt web3 minder toegankelijk voor de meeste gebruikers.
  • Kosten: de meeste succesvolle dapps plaatsen zeer kleine delen van hun code op de blockchain omdat het duur is.

Centralisatie vs decentralisatie

In de onderstaande tabel zetten we enkele voor- en nadelen van gecentraliseerde en gedecentraliseerde digitale netwerken op een rij.

Gecentraliseerde systemenGedecentraliseerde systemen
Lage netwerkdiameter (alle deelnemers zijn verbonden met een centrale autoriteit). Informatie verspreidt zich snel, omdat de verspreiding wordt afgehandeld door een centrale autoriteit met veel rekenkracht.De verste deelnemers op het netwerk kunnen mogelijk heel ver van elkaar verwijderd zijn. Informatie die uitgezonden wordt vanaf de ene kant van het netwerk kan er lang over doen om de andere kant te bereiken.
Meestal betere prestaties (hogere verwerkingscapaciteit, minder totale rekenkracht) en eenvoudiger te implementeren.Presteren meestal minder goed (lagere verwerkingscapaciteit, meer rekenkracht verbruikt) en zijn complexer om te implementeren.
In het geval van tegenstrijdige gegevens is de oplossing duidelijk en eenvoudig: de ultieme bron van de waarheid is de centrale autoriteit.Er is een (vaak complex) protocol nodig voor het oplossen van geschillen, als verschillende gebruikers tegenstrijdige claims hebben over de status van de gegevens die de deelnemers geacht worden te synchroniseren.
Single point of failure: kwaadwillende actoren kunnen het netwerk neerhalen door zich te richten op de centrale autoriteit.Geen single point of failure: het netwerk kan zelfs blijven functioneren als een groot deel van de deelnemers wordt aangevallen/uitgeschakeld.
Coördinatie tussen netwerkdeelnemers is veel eenvoudiger en wordt uitgevoerd door een centrale autoriteit. Een centrale autoriteit kan netwerkdeelnemers dwingen om upgrades, protocolupdates, etc. toe te passen, met zeer weinig problemen.Coördinatie is vaak moeilijk, omdat geen single agent het laatste woord heeft over beslissingen op netwerkniveau, protocolupgrades, enz. In het ergste geval is het netwerk gevoelig voor fragmentatie wanneer er onenigheid is over protocolwijzigingen.
Een centrale autoriteit kan gegevens censureren, waardoor delen van het netwerk mogelijk niet meer kunnen communiceren met de rest van het netwerk.Censuur is veel moeilijker omdat informatie zich op veel manieren over het netwerk kan verspreiden.
Deelname aan het netwerk wordt gecontroleerd door de centrale autoriteit.Iedereen kan deelnemen aan het netwerk. Er zijn geen “poortwachters”. Idealiter zijn de kosten voor deelname erg laag.

Merk op dat dit algemene patronen zijn die misschien niet voor elk netwerk gelden. Bovendien ligt de mate waarin een netwerk gecentraliseerd/gedecentraliseerd is in werkelijkheid op een spectrum. Geen enkel netwerk is volledig gecentraliseerd of volledig gedecentraliseerd.

Verder lezen

Was dit artikel nuttig?